Jezelf een spiegel voorhouden

Soms is het goed om jezelf kritisch onder de loep te nemen. Oftewel: om in de spiegel te kijken, de stand van zaken op te nemen. Niet per se om iets te veranderen, maar gewoon, om een duidelijker beeld van jezelf te krijgen.

Het nadenken over mezelf begon toen ik iets las over wat je als kind het liefst deed. Voor mij waren dat: tekenen, schrijven (ik had bij oma in de la bijvoorbeeld een speciaal verhalenschrift), een fantasiewereld creëren, lezen, verzamelen. In feite is er niet veel veranderd, behalve dan dat ik niet zo veel meer teken, geen theezakjes meer verzamel, niet droom van een leven als Pocahontas en niet meer schrijf over Tom en Jerry die een feestmaal voorbereiden.

Deze dingen-die-ik-graag-deed-en-nog-steeds-graag-doe zorgen soms voor de nodige onrust in mijn hoofd, omdat ik ze het liefst ook nog allemaal tegelijk doe. Mijn ideale leven is heel gestructureerd, met concrete plannen en doelen die altijd behaald worden. De werkelijkheid is weerbarstiger, omdat ik altijd tot een soort chaos verval. Dat komt doordat ik te veel ideeën heb om uit te voeren.

Pieter, in de meeste gevallen het lichtpunt in mijn leven, zegt dan altijd: schrijf alle ideeën op en werk ze één voor één af. Maar, zo werkt het bij mij dus niet. Stel je een heel grote emmer voor, onder een heel grote kraan, die heel hard aan staat. Dat is mijn hoofd. Ik loop over van de ideeën. Alles, alles, ALLES zorgt in mijn hoofd voor nieuwe associaties en daarmee ook nieuwe ideeën.

Ondertussen weet ik gelukkig wel dat de ideeën die echt de moeite waard zijn, toch wel worden uitgevoerd, ook al duurt het soms wat langer dan gewild. Die ideeën haken zich namelijk vast in mijn hoofd, krijgen een eigen notitieboekje, een eigen hoekje op de tafel. Op dit moment heb ik bijvoorbeeld drie serieuze ideeën: een dichtbundel over rivieren en duiken (blauw notitieboekje en foto’s), een nieuwe roman over een moeder en een dochter (gestreept notitieboekje, enorme mindmap, uitgescheurde afbeeldingen, een dichtbundel, een schilderij en miljoenen losse aantekeningen) en een serie werkboeken over studievaardigheden voor middelbare scholieren.

Nog een realisatie: soms moet ik mijn hoofd leegmaken van al die ideeën, en dat kan alleen als ik wandel. Mijn favoriete wandeling is langs een rivier, het liefst de Waal. Vaak kom ik dan ook langs de Spiegelwaal, een zijtak van de Waal. De aanblik van water brengt me altijd tot rust.

In mijn superefficiënte en gestructureerde ideale leven voor ik niet alleen al mijn ideeën uit, ik heb ook nog eens heel veel rust. Dan zie ik de ideale ochtend voor me: koffie zetten, ontbijten en schrijven aan mijn bureau, terwijl ik uitzicht heb over iets groens. Reality check: ik kijk uit op een kerk en twee appartementengebouwen, en als ik thuis schrijf, dan lijken alle huishoudelijke beslommeringen altijd veel belangrijker dan het schrijven. Als ik wil schrijven, dan moet ik dat doen in een rumoerig café. Het geroezemoes van andere mensen vind ik rustgevend, evenals het feit dat ik niets anders kan doen dan schrijven en koffie drinken en misschien iets eten. Zo schreef ik deze hele tekst bij Stroom in Lent.

Tot slot: ik weet tegenwoordig ook dat ik moet schrijven om te kunnen denken. Ik krijg mijn gedachten alleen maar duidelijk en helder als ik ze op papier zet. In die zin is mijn pen een spiegel, en is wat ik schrijf een reflectie van mezelf.

Vond je dit een leuke bericht? Misschien zijn deze berichten dan ook wat voor je: *Altijd blijven leren* *Gelaatsexpressie beschrijven* *Openingsscène in een Parijse buitenwijk*

Mijn boek

Bestel 'Een zwerm spreeuwen'