Teveel jezelf

‘Ik vind het prima als mensen zichzelf zijn, maar niet teveel, alsjeblieft.’
Ze stapten in op station Elst, een jongen en meisje. De eerste met donkerbruin, de ander met blond haar. Het meisje had een jongen ontmoet via Tinder. Haar enige Tinderdate ooit. De date in kwestie was wel erg zichzelf, en dat tijdens hun eerste afspraak. Hij had boeken over hoe hij met Windows kon werken, over hoe hij het beste gebruik kon maken van Instagram, over hoe hij Facebook kon inzetten om zijn online zichtbaarheid te vergroten. Dit alles liet hij haar zien.

Ik zat ook in de trein, was drie stations eerder ingestapt. Was op weg naar mijn werk, met in mijn tas twee pakken Dubbelfrisss, een laptop, een ontkalker voor koffiezetapparaten en twee boterhammen met amandelpasta, omdat ik volledig over mijn pindakaasfase heen ben. Het was zacht voorjaarsweer en de treinen reden op tijd. Wat is dat, jezelf zijn, vroeg ik me af.

Ook in de schrijfwereld is het een veelgehoorde uitspraak. Blijft dicht bij jezelf. Laat jezelf zien. Je moet je eigen stem vinden, je eigen toon, zodat je daar volledig mee samenvalt. Al sinds mijn vijftiende heb ik daar geregeld moeite mee, met mezelf samenvallen.

En als het dan toch gelukt is? Dan weten lezers, boekrecensenten en literatuurkenners jouw schrijfwerk feilloos te herkennen. ‘Een echte Heleen Janssens.’ Ik hoor het ze al zeggen, en het boek is er nog niet eens. Durf te dromen.

Vorige zomer kocht ik in een periode van twee weken alleen maar lichtroze kledingstukken. Broek, schoenen, ondergoed, t-shirts, truien. Sinds kort wil ik alleen maar donkergroen aan. Ik heb vijf verschillende handschriften, die ik het liefst door elkaar gebruik. Drie jaar geleden dronk ik alleen thee, nu zweer ik bij mijn dagelijkse kop cappuccino. Ik hou absoluut en alleen maar van mannen met zwart haar (Zayn Malik is het summum) en ben toch al jaren samen met een ginger.

Misschien schrijf ik een boek, zodat iemand anders het kan lezen en kan zeggen dat ik mijzelf nog niet gevonden heb. Wees jezelf. Er zijn al zoveel anderen. Verder: gedraag je vooral niet anders dan mensen van je verwachten. Niemand vindt het heerlijk om elke ochtend om zeven uur op te staan. Niemand lacht als andere mensen in een modderige plas vallen. Niemand wil de rest van haar leven doorbrengen op vijfendertig vierkante meter. Niemand zegt eerst A, dan B, dan toch C, om vervolgens D te doen.

Tijdens het schrijven ontdek je je innerlijke stem. Of kun je die al schrijvende ook scheppen, telkens weer opnieuw? Wie ben ik nu? Wie was ik gisteren? Wie zal ik morgen zijn? Wie wil ik zijn? Prima als mensen zichzelf zijn, maar niet teveel graag.

Mijn boek

Bestel 'Een zwerm spreeuwen'